Jaren geleden kende niemand het begrip ‘zonne-energie’, maar tegenwoordig is het niet uit de maatschappij weg te denken. Met zonne-energie wek je op een duurzamere manier energie op, dit is beter is voor het milieu dan bijvoorbeeld energie die uit aardgas gehaald wordt. De zon is een onuitputtelijke bron om energie uit te halen.
Zonne-energie is de energie die direct van de zon en het zonlicht af komt. De energie van de zon kan worden omgezet in bruikbare energie, zoals gas en stroom. Dit wordt gedaan door middel van zonneboilers en zonnepanelen. Steeds meer bedrijven en huishoudens maken gebruik van zonnepanelen of zonneboilers. Dit omdat het veel duurzamer is. Sommige mensen twijfelen nog over de aanschaf van zonnepanelen, omdat het een hoog prijskaartje heeft. Maar houdt er rekening mee dat het je op lange termijn juist meer geld oplevert. De groene stroom die je zelf opwerkt met de zonnepanelen, kun je direct zelf gebruiken. Hierdoor neem je minder stroom af van het net, waardoor je je energierekening omlaag brengt.
Een zonnecel is een elektrische cel die lichtenergie kan omzetten in bruikbare elektrische energie. De bekendste zonnecel is de geheel uit vaste stof bestaande fotovoltaïsche cel, die met vele tegelijk gemonteerd worden in zonnepanelen. Dit alles werd voor het eerst waargenomen in 1839 door de Franse natuurkundige Alexandre-Edmond Becquerel. Het duurde echter nog 44 jaar voordat de Amerikaanse wetenschapper Charles Fritts dit benutte voor het bouwen van de eerste zonnecel. Zijn zonnecel kon slechts 1 procent van het licht omzetten in stroom. Vanwege de hoge productiekosten werden zonnecellen, in eerste instantie, alleen voor speciale toepassingen gebruikt. Dit was voornamelijk in de ruimtevaart. Zo was een Amerikaanse satelliet in 1958 de eerste die radiosignalen vanuit de ruimte uitzond met een zonnecel van 1 watt. Pas na de oliecrisis werden er in de jaren 1980 zonnecellen ontworpen met een rendement van meer den 20 procent.
Zonne-energie is een stuk beter voor het milieu dan energie opgewekt uit fossiele brandstoffen. Bij fossiele brandstoffen hebben we daarnaast ook het probleem dat deze langzaam op beginnen te raken. Er is geen bodemloze put aan fossiele brandstoffen. Want brandstoffen als olie, gas en steenkool raken langzaam op en dat gaat niet ten goede van de aarde.